Sense of Belonging: hoe zorg je dat iedereen zich prettig voelt op de hogeschool?
Vraagstukken rond de thema’s diversiteit en inclusie spelen binnen de maatschappij een steeds grotere rol. Wat betekent dit voor hogescholen? Om dit met elkaar te bespreken is het Netwerk diversiteit en inclusie hogescholen opgericht. Een gesprek daarover met lector Sociale Innovatie Sjiera de Vries.
Het netwerk komt drie keer per jaar bij elkaar om hierover te praten. De afgelopen jaren gebeurde dat digitaal, op 8 mei kon men elkaar eindelijk weer in het echt ontmoeten. Dat gebeurde bij Windesheim waar de aanwezigen spraken over het thema inclusieve organisatiecultuur en sense of belonging.
Wat is voor jou het nut van deze bijeenkomsten?
‘We zijn op de verschillende hogescholen allemaal aan het zoeken naar hoe we ons verhouden tot diversiteit en inclusie. Het helpt dan om te horen hoe anderen het doen, om van en met elkaar te leren. Het feit dat er zoveel belangstelling voor is laat zie hoe groot die behoefte is: we zaten met vijftig mensen bij elkaar, van allerlei hogescholen, van InHolland tot Saxion, van Zuyd tot de HAN. Dat zijn docenten, lectoren en beleidsmedewerkers, maar ook Mieke van den Berg, lid CvB van InHolland, en onze eigen bestuursvoorzitter Inge Grimm waren erbij, en mensen van de Vereniging Hogescholen. Het thema van de middag, zorgen voor een sense of belonging en een inclusieve organisatiecultuur, is voor elke hogeschool actueel.’
Welke thema’s spelen er?
‘Een voorbeeld: wat doe je als een student vraagt om de regenboogvlag standaard boven Windesheim te hijsen en andere studenten aangeven zich dan niet meer thuis te voelen bij ons? Hoe bespreek je dat met respect voor elkaar, zonder dat je in een hoop geschreeuw belandt. Hoe voer je zo’n dialoog, en: hoe neem je de verschillende mensen in de organisatie daarin mee. Want het zijn niet alleen docenten die met dergelijke ‘schurende vragen’ te maken hebben, maar ook mensen aan de balie krijgen soms te maken met lastige situaties. Maar het gaat er ook over of mensen zich gezien en gehoord voelen, of hun inbreng wordt gevraagd en gewaardeerd, of ze met respect behandeld worden. Hoe zorg je daarvoor? Zorg je voor een genderneutraal toilet? In de media merk je ook dat er een felle strijd is over wat we normaal (moeten) vinden en niet meer normaal (mogen) vinden. Het is ook een strijd om identiteit.’
Wat is het mooie van zo’n middag?
‘Je kunt in gesprek gaan en aan elkaar vragen stellen: hoe speelt dat bij jullie, wie heeft ervaring met wat goed, of juist niet goed werkt. Juist door er met elkaar over in gesprek te gaan, kom je verder en ga je zelf ook weer meer nadenken. Er was bijvoorbeeld een workshop over inclusief online vergaderen, geleid door iemand met een visuele beperking. Zij liet zien wat het voor haar betekent als zij in een Team-meeting zit. Door haar verhaal krijg je zicht op haar probleem maar ook leer je hoe je met hele simpele dingen mét elkaar kunt zorgen dat het zo goed mogelijk loopt. Bijvoorbeeld door sheets vooraf even te mailen, je naam te noemen als je wat zegt (want zij kan die naam in het hoekje van het beeld echt niet lezen), vooraf even te polsen of er mensen speciale ondersteuning nodig hebben.’
Wat leverde deze bijeenkomst op?
‘In alle sessies werd je aan het denken gezet. Ook zorg je zo dat kennis bij elkaar wordt gebracht en zich verspreidt. Omdat we met zoveel verschillende hogescholen bij elkaar zitten krijg je ook een beeld wie je zou kunnen benaderen, als er zich een bepaald probleem voordoet. Je krijgt veel meer uitwisseling. Het idee is dat je steeds met elkaar een stuk verder komt. De vorige bijeenkomst ging bijvoorbeeld over stagediscriminatie, een ander urgent thema waar alle hogescholen iets mee moeten en waarover je met elkaar informatie kunt uitwisselen. Dat is heel waardevol.’
Hoe denk je dat deze problematiek zich zal ontwikkelen?
‘Er zijn sowieso veel verschillen per regio. Denk alleen al aan de locaties van Windesheim zelf: de culturele verscheidenheid in Almere is veel groter dan in Zwolle. En er zijn heel veel aspecten van diversiteit: leeftijd, gender, opleiding, werkervaring. Die kunnen allemaal een rol spelen in hoe je samenwerkt en met elkaar omgaat. Het is zoeken hoe je dat doet, daar is niet een vast recept voor. Denk aan de inrichting van een kantine. Er zijn zoveel voor- en afkeuren dat je onmogelijk iedereen tevreden kunt stellen. Het is altijd een beetje schipperen. We zijn nu een beetje gewend aan vegetarisch, maar een aantal mensen heeft voorkeur voor veganistisch. Of er zijn mensen met verschillende dieetwensen. Het is dan zoeken in hoeverre je daar rekening mee kunt en wilt houden, en waar je een grens trekt. Soms wil je zo’n grens juist ter discussie stellen en oprekken. Tien jaar geleden vond men de vraag om vegetarisch eten ingewikkeld, nu zegt de hogeschool: in principe is alles wat we aanbieden vegetarisch. Die grens is dus behoorlijk verschoven. De vraag is nu welke grenzen en gewoonten we nog meer willen aanpassen om het voor iedereen zo aangenaam mogelijk te maken op de hogeschool. Op dat gebied kunnen we als hogescholen een boel van elkaar leren.’
Vragen? Stuur een mail naar Sjiera de Vries via sjiera.de.vries@windesheim.nl(opent in nieuw tabblad)
Vragen over dit nieuwsbericht?
Stel ze aan de Newsroom via newsroom@windesheim.nl(opent in nieuw tabblad)