Naar cookie instellingen Hoofdinhoud Hoofdnavigatie

Stagediscriminatie: ‘Bespreekbaar maken in de klas is belangrijk’

  • 20 maart 2025
Banner image
  1. Home(opent in nieuw tabblad) /
  2. Nieuws(opent in nieuw tabblad) /
  3. Stagediscriminatie: ‘Bespreekbaar maken in de klas is belangrijk’

Niet uitgenodigd worden voor een sollicitatiegesprek wegens je achternaam, veel meer moeite moeten doen dan een ander om een stageplek te vinden. Stagediscriminatie, een deel van de studenten in het hoger onderwijs krijgt ermee te maken. Soms is de situatie duidelijk, vaak gaat het om een gevoel en is het lastig te bewijzen. Jasper Brik, docent en stagecoördinator bij de opleiding HBO Rechten in Almere vertelt hoe zijn opleiding met dit probleem omgaat.

Wat is jouw affiniteit met stagediscriminatie?

‘Ik ben docent bij HBO Rechten, ik coördineer stages en heb ook veel contact met het werkveld en met alumni. Vanuit die rol heb ik interesse en wat ook meespeelde was een gesprek met Hanan onze diversiteits- en inclusiecoördinator. Zij vertelde dat Windesheim meer aandacht wil geven aan het tegengaan van stagediscriminatie bij onze vestiging in Almere. We hebben een populatie studenten die daar vrij vaak mee te maken heeft.’  

Wat is stagediscriminatie?

‘Bij de juridische definitie van discriminatie gaat het in deze context om de ongelijke behandeling van bijvoorbeeld vrouwen wegens zwangerschap, mensen met een beperking of mensen met een migratieachtergrond. Situaties waarin sprake is van discriminatie komen aan het licht bij een sollicitatie of als een student zijn of haar taak uitvoert op de stageplek. Discriminatie is wettelijk verboden en soms is zo’n situatie duidelijk en speken de feiten voor zich. Lastiger wordt het, en dat komt veel vaker voor, als een student naar me toekomt en vertelt dat hij of zij het gevoel heeft ongelijk behandeld te worden, maar er niet precies de vinger op kan leggen.’

Jasper Brik te midden van de studenten die hij begeleidt.

Als het om een gevoel gaat, is het dan altijd terecht?

‘Ja, want over gevoel hoef je geen discussie te voeren, dat is het gevoel van de persoon. Als het gevoel er is vormt dat een uitgangspunt voor ons om een gesprek te voeren. Voor je overgaat tot mogelijke interventies moet je als begeleidende docent natuurlijk goed kijken wat er werkelijk aan de hand is. Het kan zijn dat een gesprek met de student op zichzelf al een succesvolle interventie is waarmee je het probleem uit de wereld helpt. Maar het kan ook dat we het verder moeten uitzoeken en dan krijgt het stagebedrijf natuurlijk wederhoor.’

Als je specifiek naar stagediscriminatie kijkt, welke vormen zijn er?

‘Er zijn talloze vormen. Wij zien bijvoorbeeld dat een deel van onze studenten er gewoon veel langer over doet dan andere studenten om een stageplek te vinden. Dat is gewoon een feit. Dan bestaat het vermoeden dat iemand een verkeerde achternaam heeft of een minder gewaardeerde afkomst. Daar zijn onderzoeken naar gedaan, ook vanuit Windesheim. Ik meen dat je er als vrouw met hoofddoek er het meeste mee te maken hebt. Maar ook je woonplaats of waar je bent opgegroeid kan een rol spelen bij ongelijke behandeling.’ 

Wat gebeurt er bij HBO Rechten tegen stagediscriminatie?

‘Bij de opleiding zijn we nu ruim een jaar bezig met dit onderwerp en krijgen daarbij begeleiding van het Expertisecentrum Diversiteitsbeleid ECHO. We willen graag het hele docententeam op dit onderwerp trainen zodat we antwoorden hebben op vragen als: hoe herken je discriminatie, hoe ga je ermee om en hoe kun je moeilijke onderwerpen bespreekbaar maken. Het afgelopen jaar zijn we er gaandeweg achter gekomen dat het omgaan met dit onderwerp eigenlijk een veel bredere context nodig heeft. Ik bedoel in algemene zin hoe je met elkaar omgaat, ook in de klas. Er zijn thema’s zoals de oorlog in Gaza of stemvoorkeuren van studenten die moeilijk bespreekbaar zijn en waarover de emoties hoog kunnen oplopen. Het bespreken van discriminatie past daar ook in. Essentieel is dat we een klimaat creëren waarin we in de klas op een normale manier gevoelige onderwerpen met elkaar kunnen bespreken en accepteren dat daarbij emoties loskomen. Een veilig klimaat waarin de student ook durft te praten over stagediscriminatie.’

Waarom is discriminatie moeilijk bespreekbaar?

‘Ten eerste hangt er voor de student veel van af. Een student is vaak bang dat hij door erover te praten op school zijn eigen ruiten ingooit en dat het stagebedrijf zal reageren met een onvoldoende. Eigenlijk moeten we als docenten dit onderwerp dus al veel eerder laten passeren in de voorbereidingsfase van de stage, maar ook ver daarvoor in de gewone lessen. Het moet eigenlijk heel gewoon zijn dat je op school over dit soort onderwerpen vrij kunt spreken. We merken dat studenten nog te weinig zijn voorbereid op de mogelijkheid dat hen dit kan overkomen en daarom voelen zij zich niet vrij genoeg  om erover te praten.’

Welke rol van de docent is belangrijk?

‘Regie voeren en de student betrekken bij mogelijke interventies. Het is belangrijk om studenten de ruimte te geven hun wensen te uiten. We willen graag dat opleidingen hier zelf mee aan de slag gaan. Windesheim heeft zelf ook onderzoek gedaan naar de wensen van studenten. Hoe kunnen we het aanpakken? Wat vinden studenten een goede aanpak? Er is met die bevindingen een stageprotocol geschreven en de inhoud daarvan komt goed overeen met wat de studenten zelf in een comaker opleverden over dit onderwerp: ook zij willen dat discriminatie beter bespreekbaar wordt gemaakt.’ 

Hoe is het voor docenten om hier mee om te gaan?

‘Docenten vinden het net als studenten een lastig onderwerp. Ze hebben moeite met het bespreekbaar maken en vinden het herkennen van stagediscriminatie een lastig punt. En vervolgens: wat kan ik ermee doen? Het protocol dat voor alle opleidingen geldt is wat dat betreft een welkom handvat. Bij HBO Rechten gaan we het komend jaar vooral aan de slag met het beter bespreekbaar maken van moeilijke onderwerpen in  de lessen. Bij studentbegeleiding, stagevoorbereiding en binnen de intervisie van de stage zal het bespreekbaar maken van die moeilijke onderwerpen een rol gaan spelen. Dat is hartstikke goed.’

‘Hoe ervaar  je het zelf?

‘Ik vind het zelf ook best moeilijk en merk dat ook studenten het lastig vinden: ze kruipen het liefst weer zo gauw mogelijk in hun veilige holletje. Je bent wat dat betreft van elkaar afhankelijk: we willen samen die cultuur realiseren waarin je gevoelige onderwerpen kunt bespreken. Een cultuur waarbinnen ieders mening gerespecteerd wordt: zowel de mening van de PVV-stemmer met een sterke migratiemening als zijn tegenhanger die de opvang van vluchtelingen juist omarmt. Natuurlijk is dat moeilijk want ook als docent heb je een mening. Komend jaar krijgen we een training van ECHO. Vooraf hebben onze docenten uitgesproken dat een concreet handelingsperspectief wat hen betreft het belangrijkst is.’

Hoe kan een veilig klimaat in de klas een wapen zijn tegen discriminatie?

‘Daar begint het eigenlijk mee. Binnen de klas mag iedereen er zijn  en mag iedereen anders zijn. In mijn eigen klas zie ik dat ook: iedereen is anders. Als docent is het belangrijk om te investeren in een veilig klimaat in de klas, maar ook om te investeren in de band die je als docent hebt met je studenten. Zodra er een veilig klimaat is, kun je met studenten in gesprek over een lastig onderwerp zoals stagediscriminatie. Dit helpt hen om beter voorbereid het werkveld in te gaan, stagediscriminatie te herkennen en te leren hoe ze hiermee kunnen omgaan. 
Als docent heb je de mogelijkheid om een omgeving te creëren waarin elke student zich gewaardeerd en veilig voelt - en juist in die omgeving bloeien ze op. Dat maakt het werk als docent zo mooi.’

Delen via:

Vragen over dit nieuwsbericht?

Stel ze aan de Newsroom via newsroom@windesheim.nl(opent in nieuw tabblad)

Laatste nieuws

slide 1 to 4 of 5