Naar cookie instellingen Hoofdinhoud Hoofdnavigatie

Spelen zonder opdracht

Banner image

Sport- en Speluitleen en Innovatie Zwolle, oftewel Sspuiz, vinden we tegenover het sportcafé, tussen de sportzalen en de leslokalen op Windesheim. In dit centrum treffen we een paar studenten: vandaag beheren zij de toko en zorgen zij ervoor dat de spelelementen kunnen worden geleend en ook goed terug komen. De muren hangen vol met pionnen, alle mogelijke variaties aan ballen en tientallen andere voorwerpen die gebruikt kunnen worden voor sporten en bewegen. Op de grond staat eenzelfde bonte verzameling aan alles wat je maar wilt gebruiken. We zoeken Frank Beekers, hoofd Sspuiz, en Paul Terpstra, programmamanager bij het Jeugdsport Innovatiecentrum (JIC), op en gaan met hen in gesprek over Sspuiz en het JIC.

Wat is Sspuiz?

Kort samengevat is Sspuiz een centrum van uitlenen en innemen van sport- en spelmateriaal. Dit gaat over zowel de reguliere als een nieuwe materialen. Daarnaast kun je hier ook terecht voor advies: hoe gebruik je materialen en wat kun je ermee? Toch is ook dat een te korte omschrijving. “Sspuiz gaat eigenlijk uit van het spelen zonder opdracht,” begint Frank, “ideeën ontstaan; het is niet vooraf afgesproken.” Het spelen zonder opdracht wordt gedaan door zowel studenten als docenten. In eerste instantie is Sspuiz een kleine veertig jaar geleden gestart als plek waar je materiaal kunt lenen dat niet voorradig is op andere plekken. Denk hierbij aan gymzalen die niet uitgerust zijn met de spullen die je nodig hebt of een sportactiviteit waar je nog eens extra voor wilt uitpakken. Het werd een centrum en een aanspreekpunt voor bewegen voor studenten, docenten en bedrijven verbonden aan sport, spel en bewegen. Inmiddels is het een baken in de innovatie waar nieuwe materialen worden getest: “Als studenten wat anders willen proberen tijdens hun gymles, kunnen ze langs komen en experimenteren met nieuwe materialen,” vertelt Frank. “We willen vooral de innovatieve gedachte stimuleren. Spontaniteit krijgt de ruimte bij Sspuiz,” vult Paul aan. 

Net boven het maaiveld

Studenten kunnen met de spullen vanuit Sspuiz aan de slag gaan. “Soms proberen ze een paar dagen iets uit, maar werkt het niet. Dat is niet erg: falen mag,” vertelt Frank. Paul knikt: “Dat is het belangrijkste onderdeel van Sspuiz: het experiment staat centraal. Er zijn geen verplichtingen.” Toch gebeuren er ook zonder de verplichtingen soms hele mooie dingen. “Ik vergelijk het met sprongetjes in het maaiveld,” begint Frank. “Studenten die wat uitproberen en het werkt, maken een sprongetje. Soms zijn die sprongetjes zo hoog dat ze boven het maaiveld uit blijven komen. Als we dat zien, dan gaan we kijken wat we ermee kunnen doen om het groter te maken.” Dit is een punt waar mogelijk het Jeugdsport Innovatiecentrum om de hoek komt kijken om het verder te brengen. “We kunnen door ons netwerk mensen aan elkaar verbinden,” vertelt Paul, “en hoe mooi is het dat we vanuit de student zijn begonnen en hen verder helpen?” 

Elkaar versterken

“Sspuiz is een broedplek waar mensen op af komen. Creatievelingen worden hier gestimuleerd om aan de slag te gaan,” zegt Frank. De cyclus van Sspuiz is daar ook opgericht: het start met een idee en dat idee uitproberen. Vanaf daar, als het idee werkt, wordt het in ontwikkeling genomen en bij het bedrijfsleven onder de aandacht gebracht. “Vanuit het Jeugdsport Innovatiecentrum geven wij de blik naar buiten: hoe ga je verder als je een idee hebt dat aan slaat? Wij blijven in dialoog met het bedrijfsleven,” vertelt Paul. Belangrijk om hier te vermelden is dat Sspuiz en het JIC elkaar versterken, ook al staan Sspuiz en JIC op zichzelf. “Wanneer we elkaar kunnen versterken, doen we dat. Uiteindelijk is ons doel in de kern hetzelfde: innoveren en vanuit daar een impact op de jeugdsport en het bewegingsonderwijs,” zegt Frank. Paul vult aan: “Studenten worden binnen Sspuiz gestimuleerd om innoverend en vanuit een andere hoek te denken. Dat zorgt voor een hele nieuwe mindset van de studenten die hier opgeleid worden. Dat kan de bewegingswereld alleen maar goed doen!”