Hoe voorkom je destructief leiderschap? 3 valkuilen in het familiebedrijf
Een familiebedrijf wordt vaak strak geleid. Meestal door 1 persoon. En dat heeft voordelen: het maakt een familiebedrijf heel wendbaar. Ook zorgt het voor heerlijk korte lijntjes. Maar er liggen ook risico’s op de loer.
Je bent ondernemer. Het ene succes volgt het andere op. Het bedrijf groeit en je zelfvertrouwen groeit mee. Voor je het weet, heb je 50 (of wel 150) werknemers in je onderneming werken.
Laten we eerlijk zijn, de meeste mensen worden niet als narcist geboren. Maar ongemerkt kunnen er na verloop van tijd wel trekjes insluipen. Door successen, door de omstandigheden. Zelf hebben ondernemers het misschien niet eens in de gaten. Hoe zorg je ervoor dat je open-minded én kritisch blijft? Hoe voorkom je dat je leiderschap destructief wordt, zonder dat je het merkt?
We geven de drie grootste valkuilen (en tips) voor leiders van familiebedrijven.
HybrissyndroomAls iemand overmoedig wordt door macht, wordt dat het Hybrissyndroom genoemd. In zijn keynote op de jaarlijkse conferentie van het Family Firm Institute, wees professor Christoph H. Loch op de risico’s van destructief leiderschap in familiebedrijven. En dat is interessant, want in tegenstelling tot grote ondernemingen, is dit onderwerp in familiebedrijven nog nauwelijks bestudeerd. Bart Hoogeboom van het Lectoraat Familiebedrijven: ‘En dat terwijl de macht van een ondernemer in een familiebedrijf veel minder wordt beperkt. Familiebedrijven hebben minder verantwoordingsplichten dan beursgenoteerde bedrijven. Het risico op destructief leiderschap is dus zelfs groter.’ |
Drie (herkenbare?) valkuilen en oplossingen in het familiebedrijf
1. Het familiebedrijf als verlengstuk van jezelf zien
Zeker voor een eerste generatie in het bedrijf, is het logisch dat je als ondernemer vergroeit met de onderneming. Een ondernemer is ooit zelf begonnen en legt er veel van zichzelf in. Misschien zelfs zoveel, dat het bedrijf een verlengstuk van hem- of haarzelf wordt. Maar wanneer een familiebedrijf groeit, wordt óók het aantal stakeholders groter. Denk aan werknemers, leveranciers en klanten. En de beslissingen van een ondernemer hebben natuurlijk ook gevolgen voor hen. Wanneer een ondernemer het bedrijf vooral gebruikt voor de belangen van zichzelf (of die van de familie), dan gaat dat ook ten koste van bijvoorbeeld werknemers. Krijgen zij voldoende kansen om stappen te maken? Ruimte om zich te ontwikkelen? Want als je als werknemer steeds die mooie functie of belangrijke klus naar een familielid ziet gaan, dan verlies je al snel je motivatie.
- Sta er dus regelmatig bij stil dat de beslissingen die je neemt, niet alleen gevolgen hebben voor jezelf en je familie. Betrek stakeholders actief om te voorkomen dat hun belangen ondergesneeuwd raken.
2. Te veel zelfvertrouwen hebben
Een ondernemer heeft zijn of haar familiebedrijf naar deze hoogte gebracht. Successen gehaald en het laten groeien. Logisch dat dit iets met het zelfvertrouwen doet. Maar daar zit ook een keerzijde aan. Het kan ervoor zorgen dat iemand op den duur ongevoelig(er) wordt voor tegengeluiden. Of blind(er) voor details. Soms is iemand, door alle opgedane successen, zo overtuigd van zijn of haar gelijk, dat hij of zij de expertise van anderen niet meer accepteert. Dat wordt nog ingewikkelder als het om een rusteloze of zelfs roekeloze persoonlijkheid gaat. Bijvoorbeeld als een leider elke paar maanden met een nieuwe koers komt. Of met wéér nieuwe plannen. Iemand in deze positie wordt dan gevoed door de mogelijkheden. En dat heeft ook zijn weerslag op het familiebedrijf.
- Reflectief zijn én regelmatig bij jezelf inchecken helpt: ‘Als ik grote plannen heb, erken ik dan opmerkingen van anderen? Luister ik naar de details waar de accountant of jurist me op wijst?’
3. Imago: van de ondernemer het boegbeeld maken
Het derde punt sluit aan op de voorgaande twee. Een ondernemer die zijn bedrijf ís. Als een ondernemer zichzelf ook als drijvende kracht profileert, kan dat gevaarlijke situaties opleveren. Want presenteert hij of zij zichzelf te veel als De Vooruitstrevende Ondernemer, dan kan dat (ongemerkt) ten koste gaan van de motivatie van de werknemers. Want waar is hun toegevoegde waarde dan nog? Niet te vergeten dat het een familiebedrijf ook kwetsbaar maakt: maakt een ondernemer privé een misstap, dan heeft dat mogelijk ook grote gevolgen voor de reputatie van het bedrijf.
- Jezelf loskoppelen van je bedrijf kan allereerst voor zelfreflectie zorgen. Jezelf benaderen als rentmeester: het bedrijf is tijdelijk van jou. Over een tijd draag je het over op de volgende generatie. Door deze houding maak je jezelf automatisch minder belangrijk. Toegegeven: dat is lastig als je de eerste generatie bent. Dat je als ondernemer tijdelijk aan het roer staat, is dan nog niet ingebakken. Maar als je halverwege de 60 bent en het bedrijf leunt nog volledig op jou (ook in een eerste generatie familiebedrijf) dan is de volgende generatie wellicht nog niet voldoende voorbereid.
Tip: organiseer je tegengeluid
Bovengenoemde valkuilen zijn hier natuurlijk uitvergroot. Door zelf oplettend te blijven, kun je al veel trekjes van destructief leiderschap in het familiebedrijf tijdig ondervangen. Maar je kunt het ook structureel aanpakken en veiligheden inbouwen: checks and balances noemen de Engelsen dat. Dan organiseer je bewust het tegengeluid. Met een raad van advies (RvA) bijvoorbeeld, een raad voor commissarissen (RvC) of een ondernemingsraad (OR). Dat zijn per definitie structuren die ervoor zorgen dat ook ándere belangen worden vertegenwoordigd. Een andere optie is om een managementteam breder samen te stellen, met meerdere expertises. Of zorgen voor meerdere aandeelhouders, dat kan ook.
Sommige familiebedrijven vermijden dat, en dat is logisch. Maar door het structureel aan te pakken, kun je voorkomen dat je in bovengenoemde valkuilen trapt. En helpt het je om je familiebedrijf gezond te houden.